Eemsdelta trapt op rem duurzaamheidsplannen.
'Wat hebben we er eigenlijk aan?'
De provincie, gemeenten, waterschappen en het bedrijfsleven moeten eerst goede gesprekken met elkaar voeren voordat duidelijk wordt waar nieuwe wind- en zonneparken worden gebouwd.
De gemeente Eemsdelta is bang dat het landschap anders een rommeltje wordt, met her en der windmolens en zonneparken. De zonneparken die nu nog in de pijplijn zitten kunnen worden aangelegd, maar voor de duurzaamheidsambities na 2030 wil de gemeente hard op de rem trappen in het overleg voor de Regionale Energiestrategie.
Lasten, niet de lusten
Wethouder Hans Ronde (VVD) wil niet dat het landschap zomaar wordt opgeofferd aan extra wind- en zonneparken. ‘Wat hebben we eigenlijk aan deze parken? We hebben er als samenleving last van, we krijgen er niks voor terug. Boeren vangen tienduizenden euro’s per jaar voor het plaatsen van wind- en zonneparken op het land, bedrijven verdienen er tonnen aan. We moeten ons nu eerst gaan afvragen: hoeveel duurzame energie willen we nog opwekken? Waarom, en voor wie en vooral: waar?’ Tot 2030 willen betrokken gemeenten, provincie, waterschappen en bedrijvenorganisaties ruim 5,7 TeraWatt opwekken. Met die doelstelling gaat Eemsdelta akkoord. ‘Dat zijn vooral bestaande plannen, dat kan wat ons betreft wel doorgaan. Maar we willen eerst dat er een fundamenteel gesprek met elkaar wordt gevoerd, voordat we na 2030 verder gaan. Straks staan er veel meer wind- en zonneparken en hebben we spijt van de keuzes van nu.’
Meer concentreren
Het statement van Eemsdelta komt tegelijkertijd met het bod van de Groninger overheden. ‘Nu staan gemeenten ze her en der toe, vaak lukraak. Sommige plekken zijn goed hoor. Hier bij ESD in Delfzijl komt ook een zonnepark. Niemand heeft er last van, het park is aan het zicht onttrokken, pal naast de industrie. Maar we moeten stoppen met het toestaan van zonneparken overal in het veld. Het heeft beperkingen, netwerkbeheerders moeten er kabels naartoe leggen, het wordt tijd dat we naar concentratiegebieden streven.’ De provincie wees al concentratiegebieden aan als het gaat om windparken. De omgeving Delfzijl en Eemshaven heeft straks meerdere windparken, bij Meeden is een groot windpark opgetuigd, maar Ronde wil dat de provincie ook voor zonneparken de regie naar zich toetrekt. Ik heb deze vraag gesteld in de stuurgroep voor de RES. Is het niet beter om te streven naar concentratiegebieden? Maar niemand durft antwoord te geven.’
Politieke belangen
Volgens Ronde heeft verandering van de politieke verhoudingen gezorgd voor een andere blik van de gemeente Groningen en de provincie Groningen. ‘Vroeger was de Partij van de Arbeid groot en bestuurde het door de hele provincie. Zij moesten het hele gebied bedienen. De partij die nu de grootste in de stad en in de provincie zit (GroenLinks, red), hoeft alleen zichzelf te bedienen. Deze partij heeft niks met de ommelanden, door hun opkomst is het verschil met Stad en Ommeland groter geworden. Nu worden we geregeerd door de provincie. Nu is GroenLinks de grootste, bij de volgende verkiezingen zal D66 wel groter worden en GroenLinks kleiner. Maar samen houden ze hetzelfde zetelaantal en dat heeft gevolgen voor de provincie.’
Andere gemeenten ook kritisch
Eemsdelta is niet de enige gemeente die kritisch is op de Regionale Energiestrategie. De gemeenten Veendam en Pekela hebben in de stuurgroep een soortgelijk geluid laten horen. De andere gemeenten, provincie en waterschappen hebben minder bezwaren. De Regionale Energiestrategie zal de komende tijd in de gemeenteraden, Provinciale Staten en waterschappen aan de orde komen. Ronde hoopt dat betrokken overheden daarna eerst goed gaan nadenken, voordat er nieuwe plannen worden ontwikkeld. Hij is bang voor de Regionale Energiestrategie die gaat nadenken over nieuwe plannen na 2030. ‘Straks is ons landschap verrommeld en hebben we spijt. Eerst nadenken, goed bepalen waar we wat willen en dan pas verder.
Bron: RTV Noord (9 april 2021) foto uit ons archief